Er zijn 84 toeschouwers online.
Evert blikt vooruit en Ome Jan kiekt nog één keer t’rug!
Min of meer op stil verzoek wil ik in dit jubileumjaar - voor het in de vergetelheid raakt – nog een artikeltje wijden aan een facet van de clubhistorie en wel: internationale contacten.
Ja beste mensen; zelfs in die aller vroegste voetbalperiode in het bestaan van VCK was er contact met buitenlandse clubs. Zo rond het eind van de jaren vijftig kwamen in die tijd rond Pasen hele horden Engelsen naar het vaste land van Europa. Via de bootoversteek: Dover – Zeebrugge bereikten ze de lage landen aan de Noordzee, om aldaar het paasweekend door te brengen. Zo bezochten ze o.a. de welbekende Keukenhof om de vermaarde Hollandse bloembollencultuur te aanschouwen, maar tevens maakten zij gebruik om ook tegen een club in voornamelijk westelijk Nederland een voetbalwedstrijd te spelen. Via bemiddeling van het bondsbureau van de KNVB in Middelburg werden – ik bepaal me nu tot de regio Walcheren – werd een Engelse club gekoppeld aan een vereniging in onze regio. Als voetballer in die tijd te mogen spelen tegen een club van een land waar voetbal geboren is vonden we een hele eer!!!! Engeland; de bakermat van het spel!!!!!! De hemeldeur ging open!!!!! Wat stond ons te wachten???? Een bijzondere uitdaging. Wat zou het gaan worden????? Vraagtekens te over. Op de dag zelf bleek dat toch mee te vallen. Eenmaal op het veld staand (thans veld 2 ) sprak elftalcommissielid dokter Sloos een welkomstwoord. Hij wenste de Engelsen vooral een aangenaam verblijf in Nederland en hoopte op een fair-play match.
We hadden het geluk dat de krachtsverhouding niet al te groot was, waardoor het een spannende pot werd. Uitslagen van andere wedstrijden lieten vaak monsterscores zien; veelal in het voordeel van de Engelsen. Onze ontmoeting werd nog met een biertje in Hotel Walcheren beklonken. Met een Good- buy and Pretty Holliday werd afscheid genomen van onze gasten.
De tweede internationale ontmoeting vond plaats in België. Onze oprichter en voorzitter Flipse had in Oostende familie wonen. Daar is op enig moment besloten om een wedstrijd tussen VCK en een club uit genoemde plaats te organiseren. Er werd een bus gehuurd om het gezelschap vanaf Koudekerke via de legendarische veerpont Vlissingen – Breskens naar België te vervoeren. Bovendien moest een ieder in het bezit zijn van een geldig reisdocument in de vorm van een pas of een bewijs van Nederlandschap. Van tevoren was dit uiteraard aan alle betrokkenen medegedeeld. Zo bereikten we na de overtocht over de Westerschelde na enige tijd de grenspassage bij Sluis. Na paspoortcontrole kregen we gelegenheid om aldaar in het grenswisselkantoor de guldens in frances om te zetten. Voor een piek kreeg je ongeveer 16 franc. Na Middelburg (B.) duurde het niet lang meer voordat we Ooostende bereikten.
Het veld lag midden in een woonwijk en de grasmat was bepaald geen groene pelouse. Maar dat mocht de pret niet drukken. Ons elftal sloeg zich daar goed doorheen en namen uiteindelijk de winst mee naar Holland. De wedstrijd werd besloten met een etentje, om daarna de avond op eigen wijze in te vullen. De “vrije”jongens – niet relatie gebonden - togen de stad met zijn vele facetten in. Dat was toch iets anders dan Koudekerke. Het werd een soort kroegentocht, waar we voor het eerst kennismaakten met Jupiler en Maes-pils. En ook de cafétjes hadden zo zijn identiteit. Op een bepaald moment zaten we met zijn vieren aan een tafeltje in een tent waar - voor ons als dorpse jongens – niet alledaagse taferelen zich afspeelden. Ik herinner me nog hoe Piet Hollie ( Hollebrandse ) zei:’”Hé Wis – zo noemde hij me altijd – zie je dat”? “Ja, Piet”; antwoordde ik. Aan de bar voltrok zich een amoureus spel. Een dame met een diep uitgesneden decolleté en een niet al te lang rokje trachtte een transactie te bewerkstelligen. Dat zag Piet niet elke dag in de Noorstraat waar hij woonde. We volgden besmuikt de ontwikkelingen op afstand. De deal was blijkbaar geslaagd, want enige tijd later verdween het tweetal achter een gordijn. De trap kraakte en we hebben ze niet meer terug gezien.
Ook wij hadden voldoende aan Bacchus geofferd om op ons toegewezen adres het kooitje te gaan zoeken. Ook aan het nachtleven komt een eind!!!!! Anderdaags aanvaardden we niet geheel fris de terugtocht naar het agrarische Walcheren. Een ervaring en belevenis rijker.
Deze internationale ontmoetingen hadden we niet willen missen.
Aan weer aan het eind van het jaar wens ik een ieder goede feestdagen.
Jan uit Ritthem